View allAll Photos Tagged vind
De bernagie vind je veelal terug in het wild, maar de plant is ook populair in kruidentuinen.
De plant is herkenbaar aan de opvallende felblauwe bloemen. In de bloem vind je een witgekleurd hart, waarin de plant stuifmeel produceert.
De kiemplantjes lijken erg op die van de komkommer, waar ook de bijnaam komkommerplant of komkommerbloem deels aan te danken is, naast de komkommerachtige smaak.
Eetbaar? Ja
De frisse, komkommerachtige smaak is een toevoeging aan salades, desserts en fruitsappen.
De bloemen worden vaak gebruikt als garnering, bijvoorbeeld door de bloem te suikeren of in te vriezen in ijsblokjes. Ideaal voor een fris, zomers drankje!
Niet alleen de bloemen, maar ook de bladen van komkommerkruid kun je eten. Dat kan gewoon rauw, net zoals sla als groente.
Daarnaast kun je met de felblauwe bloemen ook azijn of siroop kleuren.
Geneeskrachtig? Ja
De plant wordt toegepast ter versterking van de bijnieren en tegen mentale uitputting en depressie. Verder zou het de maag en darmen ondersteunen bij infectie en vergiftiging. De zaden worden ingezet bij prikkelbaredarmsyndroom en bij onregelmatige menstruatie.
De zaadolie vindt uitwendig toepassing bij seborroïsch en atopisch eczeem en inwendig bij premenstrueel syndroom en ter preventie van hart- en vaatziekten.
Bernagie bevat een hoog gehalte aan vitamine C (38 mg/100 gram)[3], zink, magnesium, vitamine B6 en biotine. De bloemen zijn rijk aan choline, glucose, fructose, aminozuren en tanninen. De zaden bevatten vooral proteïnen (20,9%) en een olie (38,3%) die rijk is aan gammalinoleenzuur (GLA).[3] Als een van de voornaamste natuurlijke bronnen van GLA heeft borageolie een hoge vlucht genomen in de voedingssupplementenindustrie.
Tussen 25 april en 27 mei 2022 was er vanwege werkzaamheden geen treinverkeer tussen Attnang-Puchheim ein Ebensee. Om het regionaal belangrijke goederenverkeer vanuit Ebensee wel doorgang te laten vinden reed één a twee keer per werkdag een treinpaar tussen Wels en Ebensee via het Gesäuse, Selzthal en Stainach-Irdning waardoor op de zuidelijke Salzkammergutbahn weer sprake was van goederentreinen bij daglicht (afgezien van de bediening van Bad Aussee vanuit Ebensee). De tractie werd uitgevoerd door locs van de Reihe 1144 in combinatie met 1142ers.
De laatste week van de werkzaamheden werd er met een 1142 Tandem gereden, wat op zichzelf een zeldzaamheid geworden is. Ondanks het slechte weer toch een reden om deze lijn op te zoeken.
Locs 1142 667 en 1142 638 hebben zich voor de afvoerwagens geplaatst, waar na de check van de wagenmeester kan worden vertrokken als SNG 94001 naar Selzthal. In het midden staat de 223 062 in dienst van Stern & Hafferl als plaatselijke "Fahrverschub" terwijl links treinstel 4024 011 gereed staat als trein R3406 van Ebensee naar Obertraun-Dachsteinhöhlen. Ebensee, 25 mei 2022
Deem boas vindas à minha nova gordinha, Geneviève ^__^
Bom, quero antes de tudo explicar uma coisa: Eu sempre tive muita vontade de ter uma doll bruxa, mas nunca me encantei com alguma pra isso... até eu ver a Seila. A comprei com a intenção de ela ser uma bruxa de cabelos loiros 'sujos' com um ar celta, e isso acentua ainda mais a semelhança dela com a Seila da Valérie. Não tive a intenção de copiar a Seila dela, até conversei com ela sobre isso e a mesma, muito gentil, disse que não se importava e me agradeceu por ter conversado. Então peço que não me julguem mal. >___<
Obrigada por lerem!
Hoewel we bijna altijd te vinden zijn langs lijnen waar mooie goederentreinen passeren, kunnen we ook vaak genieten van nostalgische locs en spoorlijnen.
In augustus vond weer het jaarlijkse Bocq-festival plaats. Met de prachtige locs die aanwezig waren, konden wij niet anders dan ook eens te gaan kijken. We waren van plan 2 dagen te gaan. De eerste dag werd er maar tot 14u in Spontin vertoefd omdat we in de avond nog naar Tongeren moesten voor de Curtici-shuttle van RTBCargo met dubbele class 66. De tweede dag werd er langer gebleven tot 17u ongeveer, want dan was het helemaal dicht gesluierd. Doorheen de dag waren er veel sluiers en wolken en tegen de namiddag werden de sluiers dikker en dikker. Voor de voorlaatste trein van de 2-daagse werd er naar Senenne gereden. We zetten de ladder klaar tegen een steunpilaar van de E411, om toch een mooi zicht te hebben en wat hoger te staan. De 5528 was al opgereden met de 5183 aan staart richting Ciney, dus lang duurde het niet meer. Na een klein half uurtje gewacht te hebben, was de 5183 te zien en te horen. Even wachten, en ja hoor, de zon kwam er nog eens volledig door! Na deze foto bleven we nog eventjes voor de 6400 van DBCargo, waarna we goedgezind naar huis konden rijden.
Op de foto passeert de 5183 het rustige Senenne met 3 K-rijtuigen en de 5528 achter zich. De koeien waren iets minder geïnteresseerd in de trein dan wij zo te zien! ;-)
12/08/2018
Traditioneel vind altijd het eerste weekend van september het grootste stoomtreinfestival van Nederland plaats, Terug naar Toen bij de VSM. Hoewel het in eerdere jaren vaak wat diversiteit bood, zien we de laatste jaren altijd de SSN steevast richting Beekbergen komen. Dit doen ze met hun eigen 2 op dit moment rijvaardige stoomlocs, de 23 023 en de 01 1075. Ook voor dit festival was het maar weer de vraag of de 01 inzetbaar ging zijn, hij blijkt namelijk de laatste tijd helaas met kleine probleempjes te zitten. Gezien ik vlak langs de lijn woon is het voor mij een thuiswedstrijd om even naar deze prachtige machines te kijken.
Zowel zaterdag als zondag had ik een deel van mijn dag aan deze stoomtreinen besteed, toevallig ook beide dagen even een kort uitstapje richting Deventer voor een leuke trein over de Bentheimroute. Vanwege het weer was het zaterdag niet zo'n succes, maar zondag was het prima weer en lukte de plaat van de 9903 met ICNG transport dan ook zeker. Iets waar ik voorgaande jaren nog niet echt aan toe was gekomen maar wel hoog op de wensenlijst stond is het vertrek van de SSN uit Dieren bij Ellecom op de foto zetten. Dit jaar zat de 01 voorop, en persoonlijk vind ik dat toch wel een hele mooie machine. Om 17:58 komen de locomotieven met volle trekkracht langs de groot verzamelde groep fotografen net na het vertrek uit Dieren. Typisch voor de SSN kwam er flink zwarte stoom uit, wat ook wel weer een prachtig effect geeft.
Na het vinden van een hotel werd s'avonds IC 1834 opgewacht op het station van Vesoul. De lucht op de verkleurde van oranje naar paars naar blauw, en diende als fraaie achtergrond voor het toch al sfeervolle stationsgebouw. Het perronspoor aan deze kant is jaren geleden al opgebroken, en de lampen langs dit perron werden met zonsondergang ook niet aangezet, omdat hier geen trein meer zou stoppen. Nadat de stationschef ons met een statief en camera's zag staan ging de verlichting ineens aan, en niet veel later diende de 72180 zich aan met de Intercity. Helaas zonder cabineverlichting, maar mét een leuk walmpje boven de loc staat het geheel hier te wachten tot iedereen is in- en uitgestapt, en de machinist terug is met een vers bakje koffie uit het kantoortje. Twee minuten later vertrekt men naar de eindbestemming Belfort, onder luid getoeter. De Dacia Duster van het stationspersoneel staat er als decorstuk bij ;-).
Vaak vind k het wel leuk om nieuwe fotostekken te vinden en dan voornamelijk rondom mijn woonplaats. Standaard 45 graden foto's heb ik genoeg.
Af en toe komen er nieuwe bij op specifieke tijdstippen. Dit is een stek die in de ochtend maar heel even bruikbaar is. Toevallig kwam net RTBC voorbij met een helemaal volle PCC-shuttle richting Zutphen. De trein heeft net Deventer Goederen verlaten en rijdt richting Snipperling Aansluiting. Gelukkig staat het lelijke hek wat in de schaduw, de bloeiende klaprozen compenseren dat wat naar mijn idee.
Dit vind ik altijd wel een leuk plekje en dan met of zonder dieren op de voorgrond. Helaas past het net niet met 3 locomotieven. Een paar klikjes terug staat het huis links er ook nog op, maar dan zit de 1828 helemaal in het portaal, dus maar even zo.
Dit komt de laatste tijd niet meer zo vaak voor dat RFO een duo locs in opzending mee stuurt met een GATX-keteltrein. Hij passeert hier een klein schapenweitje in de buurt van Deventer Colmschate richting Deventer.
Vind dit persoonlijk geen mooie locs, maar hier wel in heel mooi licht. Het sein voor de overweg iets verderop stond op rood dus hij kwam hier met een slakkengangetje voorbij.
Het vinden van 'fout-voor-de-zon-stekjes' waar ook nog een beetje sneeuw lag werd al snel lastig, dus werd voor de even later volgende afvoer Dow eens wat anders geprobeerd. Deze rijdt hier achter de 6518 een onbewaakt overweggetje over bij Zandstraat.
1 februari 2019 11:40
November can be a lot of weather. Yesterday was in deep contrast to my last picture from a few days ago
Not my favourite month of the year
Ik vind de Euro 9000 een prachtige ding en wil ze graag in alle kleurstellingen spotten en de 2019 308 van HSL was de eerste daarvan waar ik super blij mee ben want nu moet ik nog 5 kleurstellingen die allemaal mooi zijn, maar voordat me lukt duurt nog wel ff.
Hier vind je alle informatie over mijn activiteiten.
Omdat ik verschillende dingen doe heb ik van mijn voornaam een werkwoord gemaakt.
*Ik schrijf en publiceer Nederlandse gedichten, liedjes en verhalen
*ik treed op met liedjes en gedichten zie de Agenda en mijn Youtube kanaal
*Ik organiseer en presenteer evenementen zie Evenementen
*Ik geef gitaar- en muziekles zie ook Gitaarles
*Ik ontwerp websites. Zie www.studiovrij.nl
[NL] Zondagochtend was ik voor mijn doen vroeg wakker. Om dan de hele dag op m’n luie gat niks te doen vind ik ook weer niks, dus werd de fiets maar van stal gehaald. Het vooruitzicht was nog enigszins positief, in elk geval geen regen en een redelijke tempratuur. Bij het oversteken van de overweg in Harselaar zag ik vanuit oostelijke richting een paar frontseinen langzaam naderen. Snel even stoppen en de camera tevoorschijn toveren. Alleen waar ga je dan zo snel staan? Gelukkig kwam er geen autoverkeer aan (logisch ook, de overweg ging immers dicht) dus stak ik snel de weg over en klom het zandheuveltje op bij het crossbaantje. Achteraf zeker niet een verkeerd keuze, want zo kwam het ook weer uit met de portalen, en stond een kenmerkend bedrijf van Barneveld ook op de foto: Vink (dat de afgelopen jaren goed in het nieuws vertegenwoordigd is). Een geluk voor mij was dat de zon niet doorbrak, die kwam enkele minuten later wel door overigens, want anders stond ik aan de schaduwzijde.
Maar wat kwam er aan? Het bleek te gaan om de LTE 186 942, één van de nieuwe plakplaatjeslocomotieven binnen de vloot van LTE, en de vertraagde container/trailertrein uit Poznań Swarzędz. De trein was zo goed als een dag vertraagd. Tegenwoordig is deze shuttle naar Rotterdam Europoort nog een beetje kleurrijker, zo liften er ook gele P&O Ferrymasters containers mee, en de (naar mijn mening mooie) CLIP-trailers. De trein nadert hier het dienstregelingpunt Barneveld Aansluiting, en gaat hier even aan de kant, om na een kwartiertje de relatief nog maar korte reis naar Rotterdam te vervolgen.
[EN] LTE 186 942 near Barneveld with ITCS, P&O Ferrymasters, Erontrans, CLIP and TIP Trailer Services is on its way from Poznań Swarzędz to Rotterdam Europoort as train 42350. Normally this connection between the Netherlands and Poland runs in the Netherlands during daylight only on Saturday, but due to circumstances the train was almost a day late and could be photographed on a Sunday. Here, it reaches Barneveld Aansluiting, where it has a 15-minute stop.
[DE] LTE 186 942 ist bei Barneveld mit dem Poznań - Rotterdam shuttle unterwegs. Diese Leistung war heute ein Tag verspätet und konnte deshalb am Sonntag (statt Samstag) abgelichtet werden.
Barneveld, 2020-11-22
VLISSINGEN – Hier vind je de meest zuidelijk gelegen boulevard van Nederland. Een unieke 6 kilometer lange boulevard. De boulevard bestaat uit 4 delen: Boulevard Evertsen, Bankert, De Ruyter en de Groene Boulevard. Ze strekken zich uit vanaf het duingebied Westduin tot aan de binnenhavens en het NS-station Vlissingen. Hier glijden de enorme zeeschepen en loodsboten zo ongeveer langs het strandlaken! We hebben een OV-fiets gehuurd en zijn via de duinen voorbij de lage vuurtoren gefietst en daarna weer terug! Een tripje van 45 km!
VLISSINGEN - You will find here the only southern boulevard from the Netherlands. A unique 6 kilometres long boulevard. The promenade consists of 4 parts: Boulevard Evertsen, Bankert, De Ruyter and the Green Boulevard. They stretch from the West dune to the inland ports and the railway station Vlissingen. We have a public transport bicycle rented and through the dunes cycled to the low Lighthouse and then back again!
Persoonlijk vind ik dit toch nog steeds de leukste tractie voor treinen op de Gotthard. De Vectrons zijn leuk, maar dit is voor mij toch qua tractie een hoogtepunt.
De 620 077 is op 28 februari 2019 bij Steinen onderweg met trein 60185 van Basel naar Chiasso.
Vind dit persoonlijk een mooie loc/kleur. In de plastic zak rechts lunch en drinken van de fotograaf.
Vem kan segla förutan vind?
Vem kan ro utan åror?
Vem kan skiljas från vännen sin
utan att fälla tårar?
Jag kan segla förutan vind,
jag kan ro utan åror,
men ej skiljas från vännen min
utan att fälla tårar.
***
Who can sail without the wind?
Who can row without an oar?
Who can leave behind a friend,
Without just one tear to pour?
I can sail without the wind,
I can row without an oar,
But I cannot leave a friend,
Without just one tear to pour.
Kort buiten de metropool Tokyo zijn al enkele diesellijntjes te vinden. Ten noordoosten van Tokyo is de Jōsō-sen (Jōsō Line) te vinden beheerd door Kantō Tetsudō (Kantō Railway).
Op 28 mei 2024 toen ik aan het toeren was met de trein en voorbij station Toride kwam, zag ik een dieseltreintje in reclame uitvoering staan. Onderweg in de trein werd uitgezocht waar dit treintje heen reed. Op de terugweg werd uitgestapt in Toride om vervolgens met het dieselboemeltje mee te gaan op de Jōsō-sen. In de buurt van station Nishitorde kon enkele leuke stekken langs de baan worden gevonden.
Kantō Tetsudō 2106 van Shimodate naar Toride, bij Nishitoride.
Als je leuk vind geef dan een reactie op deze foto. Zowel negatief als positief. Jou mening is welkom.
Bij voorbaat dank.
Groeten Rob
=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
If you like it, please comment on this photo. Both negative and positive. Your opinion is welcome.
Thank you in advance.
Greetings Rob
=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Se ti piace, commenta questa foto.
Sia negativo che positivo.
La tua opinione è benvenuta.
Grazie in anticipo.
Saluti Rob
Doorlopend vinden er transporten plaats tussen de werkplaats van Bascoup en de C.W. van Gentbrugge. Meestal zijn dit wagons waarmee men wissels vervoert. Gewoonlijk kennen we voor deze treinen een aantal specifieke nummers van de reeks 62: 6261, 6278, 6285. Dit zijn de meest voorkomende nummers voor dit soort treinen. Bij de intrede van de zomervakantie – dat op een typisch Belgische wijze verliep – was er weer zo’n transportje gepland tussen Bascoup en Merelbeke-bundel Centraal. We verwachtten dat de trein een grote + zou hebben, wat we uit ervaringen haalden. Tot onze verbazing reed de trein perfect op tijd! Na een hevige regenbui – die op de achtergrond te zien is – kwamen de 6285 en 6278 door Wetteren gereden met een wagon om een wissel te vervoeren (wie weet de codering van deze wagon?).
2.07.2017
[ZZ93762]: Bascoup > Merelbeke-bundel Centraal
Dit vind ik het mooiste kruispunt van heel Den Haag. Hier komen de Vos-in-tuinstraat, de Kazernestraat, de Denneweg en de Maliestraat bij elkaar achter het Hotel Des Indes.
All images are copyrighted by Pieter Musterd. If you want to use or buy any of my photographs, contact me. It is not allowed to download them or use them on any website, blog etc. without my explicit permission.
If you want a translation of the text in your own language, please try "Google Translate".
The North Sea Canal is a Dutch ship canal from Amsterdam to the North Sea at IJmuiden, constructed between 1865 and 1876 to enable seafaring vessels to reach the port of Amsterdam. It ends at Amsterdam in the closed-off IJ Bay, which in turn connects to the Amsterdam-Rhine Canal.
A photo of the lighthouse at the beginning of the North Sea Canal. Lucky a romantic couple where passing by. It's beautiful walk of 1.5 km to the lighthouse. Photo taken from the dunes through the grass.
Het Noordzeekanaal is een kanaal in Nederland dat loopt van de stad Amsterdam (het IJ) naar IJmuiden en Velsen Noord aan de andere kant, waar het uiteindelijk uitmondt in de Noordzee. Om de verbinding tussen de Haven van Amsterdam en de Noordzee te verbeteren werd in 1824 het Noordhollandsch Kanaal tussen Amsterdam en Den Helder in gebruik genomen. Dit kanaal voldeed al snel niet meer aan de eisen van het groeiende scheepvaartverkeer. Daarom werd enkele decennia later besloten om via de kortste verbinding tussen Amsterdam en de Noordzee een kanaal te graven. Hierbij werden de duinen nabij Velsen op het smalste deel van Holland ('Holland op zijn Smalst') doorgraven. Er werden sluizen aangelegd die de verbinding vormen tussen het kanaal en de zee.
Gelukkig liep er een romantisch paartje langs de pier. Het is een mooie wandeling van zo'n 1.5 km naar de vuurtoren. Foto is genomen liggend vanaf de duinen door het helmgras heen.
Al geruime tijd vinden er transporten plaats van Noorse treinstellen naar de werkplaats in Haarlem waar ze een revisie ondergaan. Nadat de stellen gereed zijn gaan ze weer terug naar hun thuisland Noorwegen. Na Locon en HSL is Captrain nu de vaste vervoerder. Sinds kort is ook de 1254 tijdelijk in de rijdende vloot opgenomen. Dit zal voor ongeveer 3 maanden zijn. Zo is de 1254 met stel BM 73045 onderweg van Haarlem naar Bad Bentheim en passeert hier de Eempolder bij Soest onder een dreigende lucht.
Roodborsttapuiten vind je op heides, in ruige en open moerasgebieden en in halfopen boerenland. De mannetjes zijn goed herkenbaar met zwarte kop, witte halszijden en feloranje borst. Bij zachte winters overwinteren er ook roodborsttapuiten in Nederland, maar de meesten trekken naar Zuid Europa of Noord Afrika. Eind februari zijn de eerste alweer terug in Nederland.
Vinde Espírito Santo,
Enchei os corações dos Vossos fiéis
E acendei neles o fogo do Vosso amor
Enviai o Vosso Espírito e tudo será criado
E renovareis a face da terra
Oremos: ó Deus que Instruistes os corações dos Vossos fiéis
Com a luz do Espírito Santo,
Fazei que apreciemos retamente todas as coisas
Segundo o mesmo Espírito e gozemos sempre de suas consolações
Por Cristo Senhor nosso, Amém.
Vet inte varför men bilden får mig att tänka på Olle Adolphsons melodi Trubbel; därav titeln: "Nu stryker vinden genom trädens höga kronor ...".
Este castelo e todo o mistério que gravita em seu redor, desde sempre exerceu um fascínio irresistível sobre a minha mente de criança, que com o passar do tempo se foi desvanecendo até a altura em que tomei consciência da importância que a história tinha na minha vida, e então, a partir dai, nunca mais parei de procurar as respostas e o significado que todos estes amontoados de pedra tinham na história deste pequeno País e no fascínio que exerciam em mim todos estes bocados fragmentados da história de tempos idos, e que dificilmente poderão ser compreendidos na sua totalidade, essa idade média que sempre me fascinou, e da qual cada vez mais, tenho a consciência de não me poder separar dela até ao fim dos meus dias, muito embora não saiba responder exatamente porquê…A mais extraordinária época da História, exerce em mim uma intensa e inexplicável atracão, explicável apenas se me focar na possibilidade da existência da reencarnação, da bagagem das memórias difusas e das estranhas coincidências.
Tudo mexe comigo sempre que falo destes tempos imemoriais, e não é apenas o devaneio da luxúria de uma mente esfuziante, rica e imaginativa, capaz de ver os cavaleiros corajosos de Avalon e da mística sabedoria da qual Merlin ou o Rei Artur foram os grandes protagonistas. São os bosques verdejantes, a magia da incerteza do dia de amanhã, a natureza Sacra que imperava nesses dias conturbados da nossa história, a luta pela sobrevivência e as paixões que vibram no corpo desses tempos perdidos no tempo. A sensação intensa de estar vivo, de tudo estar bem e da vida ter um propósito definido que não aquele, que nos nossos dias se definem por valores que de tão materiais perderam o seu valor, imagino esses tempos de ousadia imbuídos de serenidade e a intensa certeza de um sentido e um propósito maior. Se a isto se chama Fé? Talvez... Que pena que eu sinto por estes novos tempos que me parecem tempos sem Fé, apesar de eu próprio sentir que por vezes mais não sou, do que uma parte integrante deste grupo de zombies que caminham sem saber exatamente para onde vão, será esta a nova idade média? Com contornos diferentes é claro, mas mesmo assim, uma idade média, mais sofisticada, uma nova idade das trevas, só com mais luz para nos cegar, para nos ofuscar o caminho que realmente deveríamos percorrer, mas que com tanta informação, que na maioria das vezes só nos desinforma, tanto lixo nas televisões, nas revistas e pior ainda, nos jornais, que nos deixam cegos, nas trevas outra vez…
Mas vamos voltar á Historia e falar deste magnífico Castelo, que apesar de o ver quase todos os dias, sempre que quero falar dele, logo regresso à minha infância e às minhas recordações, desta que foi a minha primeira visão destes fascinantes dinossauros da idade média, a idade de uma arquitetura que juntamente com as Catedrais Góticas jamais poderá ser igualada…
Nos alvores da Nacionalidade, Ermígio Moniz, senhor das terras de Santa Maria e do Castelo da Feira, destacou-se como um dos nobres que mais apoiaram o partido da independência do Condado Portucalense - sob a égide de D. Afonso Henriques. Mas a história do Castelo da Feira recua longamente no tempo, a colina sobranceira à cidade de Santa Maria da Feira e que abriga a actual fortaleza medieval, tinha servido de local a um santuário pré-romano. Gradualmente, a sua vocação religiosa foi reformulada e este espaço foi reconvertido em fortaleza militar, devido à sua estratégica implantação. O castelo de Santa Maria da Feira é um dos mais notáveis monumentos portugueses quanto à forma como espelha a diversidade de recursos defensivos utilizados entre os séc. XI e XVI e que o torna uma peça única da arquitetura militar portuguesa.
Quando em meados do séc. IX Afonso III de Leão criou a região administrativa e militar a que deu o nome de Terras de Santa Maria, a sua chefia foi entregue a uma fortaleza militar ali existente, a Cívitas Sanctae Mariae. Durante muitos anos esta fortaleza funcionou como base avançada das tropas da reconquista cristã e como sentinela contra as invasões árabes vindas do sul. Por duas vezes, no ano 1000, Almansor o lendário guerreiro árabe conquistou o Castelo e arrasou a povoação anexa. E por duas vezes, também, os guerreiros e habitantes cristãos reconquistaram a fortaleza, reconstruíram a povoação e lhe mantiveram o nome de Civitas Sancta Mariae. Isto atesta bem a coragem e a firmeza das convicções religiosas daquelas gentes.
No reinado de Bermudo III de 1028 a 1037 os guerreiros árabes invadiram de novo esta zona, mas foram rechaçados na batalha de Cesár numa povoação que ainda hoje mantém este nome e está situada nas proximidades do Castelo. Os governadores de então - Men Guterres e Men Lucídio desenvolveram um trabalho gigantesco para a reconstrução do Castelo e desenvolvimento das Terras de Santa Maria. Por este facto, os reis leoneses distinguiram uma grande parte da população com mercês especiais: a “Honra de Infanções”, muito embora ainda hoje persistam muitas dúvidas em relação a esta honraria era certo que a ela estavam atribuídos alguns privilégios, tais como: Não ser presos nem torturados a não ser por crimes que levariam à prisão ou à tortura os próprios Fidalgos; Andar armados, quer com armas ofensivas, quer defensivas; Que tenham as mesmas graças, privilégios e liberdades que os habitantes de Lisboa, não podendo, no entanto, andar em bestas muares; Que os seus serviçais só possam ser mobilizados para serviço militar, se eles próprios, patrões, o forem ou se apresentarem como voluntários; Que as suas casas não sejam expropriadas nem ocupadas para interesses do estado, contra a sua vontade. Para se avaliar da importância deste título, basta recordar que só no séc. XIV obtiveram idêntico privilégio os “juízes, corregedores e vereadores” da cidade de Lisboa. Na carta régia de 10 de Abril de 1423, alude-se expressamente a atribuição destas mercês.
Durante largos anos, as Terras de Santa Maria foram “terra de fronteira” com os árabes. Só depois da conquista de Coimbra em 1067 este território deixou de ser “zona de guerra”. Mas não foi, também, “zona de paz” tal como sucedia com as povoações a norte do Douro. Depois da conquista de Coimbra, este território, funcionou como um grande viveiro de cavaleiros e de peões que alimentavam a frente sul. Isto só foi possível, porém, pelo carácter permanente da organização militar instalada nestas terras.
Após a morte do conde D. Henrique, senhor do Condado Portucalense, a viúva, D. Teresa, deixou-se envolver com um fidalgo galego, Fernão Peres de Trava, ao serviço do Arcebispo de Compostela D. Diogo Galmirez, que tinha a intenção de submeter ao controle da Galiza o Condado Portucalense. Como guarda avançada, tinham vindo para o Condado, especialmente para o Porto onde Fernão de Trava governava já grandes migrações galegas. Com o tempo, a pequena burguesia portucalense começou a ser substituída por gentes da Galiza. Mais tarde, o ataque económico e administrativo estendeu-se aos grandes senhores de terras e de poder, quer a norte, quer a sul do Douro. Assim sucedeu às famílias Moniz, de Riba-Douro Ermígio, Mendo e Egas Sousas da Maia, Nuno Soares de Grijó e à família de Pêro Gonçalves de Marnel. Estas famílias que tinham vastas propriedades quer no Alto Minho, em Lamego ou em Terras de Santa Maria, foram sendo confrontadas com a ameaça de perderem tudo: cargos, prestígio, e bens – por intervenção de uma campanha orquestrada do exterior, primeiramente subtil e, depois frontal.
Uma hora houve em que estas famílias se resolveram juntar e revoltar-se. A este movimento de revolta esteve ligado o Infante D. Afonso que, também, não via com bons olhos a situação da mãe e começava a temer pelo futuro que lhe estava a ser reservado. Ele, que ao tomar a iniciativa de se armar cavaleiro por si próprio em Zamora, estava a usar de uma prerrogativa reservada somente aos filhos de Reis... Com o poderio da sua força militar organizada, com o apoio e pujança da sua vida económica e com o estímulo do sentimento de independência de que já desfrutavam, os homens de Santa Maria avançaram para Guimarães então capital do poder político e onde o Infante D. Afonso se encontrava já a mobilizar as gentes daqueles sítios. Ermígio Moniz, a norte do Douro e a partir do Castelo de Neiva, para lá se dirigiu também com as suas forças. Para a mesma cidade de Guimarães convergira Fernão Peres de Trava com as tropas de Coimbra, apoiado com o reforço das forças galegas que a ele se juntaram no Castelo de Lanhoso. Em 13 de Junho de 1128 as tropas galegas foram vencidas. Esta batalha indiscutível marco da história da Nação não foi pois, a causa da nossa independência, mas a consequência de um movimento independentista de carácter colectivo e abrangendo uma grande área do Condado quer a norte quer a sul do Douro. A tentativa, por parte da Galiza de extinguir rapidamente o movimento independentista latente acabou por precipitar essa mesma independência. Neste movimento militar intervieram pois, com indiscutível influência dois personagens fortemente ligados à Terra e ao Castelo de Santa Maria: Pêro Gonçalves de Marnel e Ermígio Moniz.
Do antigo castro romano, e depois fortaleza ampliada na época da reconquista cristã, restam dele hoje, apenas o 1º piso da Torre de Menagem. D. Sancho I deixou-o, por testamento às suas filhas. Mais tarde em 1300 foi incluído no património da Rainha Santa Isabel. No séc. XV (1448) o Rei D. Afonso V entregou-o a Fernão Pereira com a incumbência de o fazer restaurar, datando pois dessa época a imagem arquitetónica essencial que ele hoje apresenta. Em 12 de Janeiro de 1472, o mesmo Rei nomeou o filho deste, Rui Vaz Pereira, 1º conde da Feira, senhor do Castelo e das Terras de Santa Maria. Com a morte sem descendência do último conde em1700, o Castelo passou à casa do Infantado. Em 1722 o Palácio dos condes, construído dentro das muralhas, e a Torre de Menagem sofreram um violentíssimo incêndio, ao que se diz por ordem do próprio rei D. João V receoso das ambições do seu irmão, o infante D. Francisco.
O castelo de Sta. Maria da feira e a Lenda da concha do mar
Há muito, muito tempo atrás, apareceram nestas terras conchas de bivalves, que a gentes antigas da Feira utilizavam para as suas refeições, quer dizer, aqui a alimentação era em grande parte marítima, o que confirma inteiramente a ideia de que no antigo recorte do litoral da terra que depois veio a ser Portugal, o mar penetrava profundamente nestas terras do litoral. É muito possível que chegasse ao sopé do monte onde se ergueu, primeiro a cividade, ou fortaleza, ou o castro da Feira. Castro que depois foi castelo, castelo que depois foi palácio e que hoje é monumento nacional, mas que inicialmente era um ponto onde o mar se aproximava com as marés cheias. Na terra há uma lenda antiquíssima, transmitida de geração em geração. As pessoas idosas recordam, que os avós, já lhes diziam, um dito popular que ficou na memória coletiva do povo feirense, “que o mar já esteve na Feira, e cá há-de voltar para levar uma conchinha que cá deixou, depositada por alguém do outro mundo num pequeno baú de madrepérola.
Esta lenda é contada para demonstrar a pequenez humana perante os elementos da natureza. Isto pode ser uma reminiscência do tempo em que o mar realmente chegava à Feira, aonde os locais o viam como força divina, mas também pode ser uma espécie de profecia que o mar há-de voltar para levar a conchinha que lá deixou “não se deve deixar coisas importantes para trás, independentemente do seu tamanho”. Ela representa uma visão e uma forma de vivência baseada em códigos em que a Mãe-natureza dita sobre a vida ou a morte. Por vezes parece-nos que as profecias catastróficas se podem concretizar, pela maneira como o clima está a mudar, infelizmente, o mar está a subir de nível e se ele sobe meia dúzia de metros volta a chegar à Feira, à colina do castelo, onde tem depositado a preciosidade que tantas gerações protelaram.
Dá a impressão que o castelo dominava sobre uma vasta região marítima, e estas colinas emergiam, como ilhotas onde viviam povoados castrejos que também dependiam da pesca. Se olharmos na direção do mar, vemos uma imensa planície que acaba na praia do Furadouro, porque o mar fica perto, estas terras são bastante arenosas. Bem perto da Feira há um sítio que se chama “as marinhas”, quer dizer que havia ali poças de água do mar, para se obter o sal e é muito possível que o início do Castelo da Feira tenha origem nesse facto. Atualmente, no fundo do castelo e dos terrenos à volta, aparece o rio Cáster que desce vagarosamente para a Barrinha de Esmoriz, isto quer dizer que está quase ao nível do mar, portanto, o tal ditado “o mar já cá esteve e há-de voltar para levar uma conchinha que cá deixou” pode bem ser uma profecia, que oxalá não aconteça, nem no nosso tempo nem nos tempos vindouros…
Copyright ©
All images and texts are copyrighted, with all rights reserved. Please do not use, copy or edit any of my images or text without my written permission. If you want to use my texts or photographs please contact this address. asousacar@clix.pt
*===***===* Todos os direitos reservados ==***== Todos los derechos reservados ==***== All rights reserved ==**== Tutti i diritti riservati ==**== Alle Rechte vorbehalten ==**== Tous droits réservés =**=
Iedereen bedankt voor de reactie en de favorieten/vind ik leuk!!!
Thanks everyone for the response and favorites/Likes!!!
One single shot.
Na het klikken van de €4000 in Papignies zette de trein - na kopmaken in Ath - zijn rit naar Frankrijk verder.
En ook ikzelf trok, samen met mijn vrouw, naar Frankrijk ;-)
Op het programma stond namelijk een vierdaagse citytrip naar Marseille.
Na een zeer vlotte TGV-rit vanuit Brussel-Zuid kwamen we vrijdagnamiddag 7 april onder een stralende zon aan in het station van Marseille-Saint-Charles.
Zaterdag stond er dan een stadsbezoek op het programma. Maar we wilden niet alleen genieten van de stad maar ook van de prachtige natuur rondom Marseille en dus stapten we zaterdagnamiddag opnieuw op de trein, deze keer voor een korte treinrit langs de Côte Bleue. Deze kust is bezaaid met talloze 'callanques'. Een calanque is een diep uitgesneden vallei met steil oplopende wanden, die oprijst uit het blauwe water. Een 'callanque' bestaat voornamelijk uit harde witte kalksteen die poreus is. Het water loopt hierdoor snel door de kalksteen waardoor er weinig begroeiing te vinden is.
Bestemming van onze korte rit was het stationnetje van Niolon. Van daaruit restte er ons alleen nog een korte klim naar het uitzichtspunt boven de 'calanque de la Vesse'.
Perfect op tijd vertrok deze AGC bimode (ofte BGC) om 18u13 in het stationnetje van Niolon en schoof een kleine minuut en een tunnel later voor de lens op het viaduct van La Vesse. Over enkele ogenblikken zal de trein de volgende tunnel alweer induiken!
Er rijdt hier trouwens op deze lijn wel wat variatie: op de foto dus een BGC maar daarnaast maakten we de heenrit zelf in een 'Régiolis' van de regio PACA (waarbij er tot in l'Estaque elektrisch werd gereden en vanaf l'Estaque als diesel) en de terugrit in een X72500 aka 'Aspirateur'. Voor mij was dat trouwens de eerste keer dat ik in een 'Aspirateur' zat en ik moet zeggen: het is me goed bevallen! Je krijgt best wel veel comfort in deze stellen!
Maar al bij al was ik wel blij met deze BGC want zo een 'Aspirateur' is slechts twee rijtuigen lang, al had een Régiolis natuurlijk ook niet misstaan...
---
Assurant un TER de Miramas à Marseille-St-Charles, l'AGC 81614 est aperçut franchissant le viaduc de la Vesse situé juste après Niolon.
Niolon (Provence-Alpes-Côte d'Azur, Bouches du Rhône). Artère Miramas - l'Estaque.
Samedi, 8 avril 2017. 18h13.
---
Here you can see BGC 81614 on its way from Miramas to Marseille, passing the viaduc of La Vesse on the line of the 'Côte Bleue' along the mediterranean sea.
Niolon, Provence-Alpes-Côte d'Azur, Bouches du Rhône.
April 8, 2017 - 6:13 PM.
Dit weekend vind het dieselweekend bij de SGB in Goes plaats. Zowel de DE3 114 als de DE1 41 zullen hierbij acte de presance geven. Gezamelijk reden de museumdiesels vanuit het Spoorwegmuseum via Amersfoort naar Goes. Gelukkig begon het in de middag even flink op te klaren toen deze combinatie als trein 82102 naar Goes de Maasbrug bij 's-Hertogenbosch passeerde.
Het dorpje Alberobello is te vinden in het hart van de regio Puglia. Alberobello is het bekendste en meest toeristische dorp van de regio. Het dorp dankt zijn bekendheid aan de Trulli.
In Alberobello is de grootste concentratie van de trulli in heet Puglia te vinden. Twee complete wijken in het dorp bestaan uit deze bijzondere bouwwerken. Deze twee wijken, Rione Monti en Aia Piccola zijn beide vanwege hun historische belang terug te vinden op de werelderfgoedlijst van de Unesco. Naast de vele gewone trulli, zijn er in de wijken ook een Siamese trullo, een trullo van twee verdiepingen en een kerk die inspireert is op trulli te vinden. In totaal zijn er ongeveer duizend trulli’s in de twee wijken te vinden.
Door de aanwezigheid van deze trulli is Alberobello uitgegroeid tot de belangrijkste toeristische trekpleister van de regio. Dagelijks lopen er busladingen met toeristen door de wijken Rione Monti en Aia Piccola. Dit heeft er onder andere voor gezorgd dat in iedere trullo tegenwoordig een winkeltje te vinden is waar toeristische souvenirs of andere prullaria wordt verkocht. In andere grote trulli zijn restaurants en bars gevestigd. De leukste bars hebben een dakterras die een goed uitzicht geven over het dorp.
Alberobello is gebouwd op twee heuvels, op de ene heuvel zijn de trulli te vinden, op de andere het historische centrum met op het hoogste punt de Basilica S.S. Cosma E Damiano. Achter de kerk zijn nog enkele trulli te vinden. Vanaf de kerk waar je in de omgeving zonder problemen de auto kunt parkeren loop je via de Corso Vittorio Emanuele langs het stadhuis en de het uitzicht Santa Luzia naar de trulli.
e muito bem-vinda!...
Obrigada aos amigos pelo carinho. Minha 'pequena' tem consumido
meu tempo - e eu, saboreando tudo com muito amor...
Logo estará por aqui. :)
Sem poder visitá-los como gostaria.. por enquanto.
Abraços a todos!!
Nasceu hoje, às 13:04, o meu segundo neto, cujo nome é Sebastião. Que tenha saúde e a sorte de viver em um mundo mais humano e justo.
Essa foto é para ele, que chegou trazendo a primavera.
Born today at 13:04, my second grandson, whose name is Sebastião. What has health and good fortune to live in a more humane and just world.
This photo is for him, which arrived with the spring.
Novidades vindo por ai... www.flickr.com/photos/fenobrega + Tapes in Ties ... Aguardem..
ilustra: Fernanda Nobrega
Vetorização: Jana
Een week later werd gekeken of de 6461 weer te vinden was rond de Kijfhoek. Begonnen werd in Lage Zwaluwe want op maandagen rijdt er vroeg in de ochtend een extra aanvoertrein voor Moerdijk. In principe was dat natuurlijk jarenlang dé standaardtijd voor de aanvoer naar Moerdijk, maar dat wilde ik ook nog wel eens van een wat hoger standpunt doen. Zeker met het oog op de naderende windmolenparken naast het spoor: deze stek zal geen last hebben van de serie aan de oostkant, waarvan het heiwerk waarschijnlijk ergens deze maand begint, maar ook aan de westzijde staan nog drie masten gepland.
Het werd uiteindelijk een rode 6400 die een setje ketelwagens voor Shell van de Kijfhoek naar Moerdijk mocht brengen. De 6427 rijdt hier de stamlijn naar Moerdijk op, terwijl op de achtergrond stellen 9590 en 9431 als leeg mat richting Dordrecht passeren.
7 juni 2021, 06:46