Europe - Belgium / Brussels - Brussel - Bruxelles
Het stadhuis van Brussel staat op de Grote Markt van Brussel. De bouwstijl is een voorbeeld van flamboyante gotiek. Het stadhuis is opgetrokken in kalkhoudende zandsteen uit de Dilbeekse steengroeven, enkele kilometers verderop.
Het gebouw wordt boven op zijn 96 meter hoge toren bekroond met een verguld standbeeld van de aartsengel Michaël die een draak velt.
De bouw van het stadhuis werd toevertrouwd aan Jacob van Tienen, leerling van Jan van Osy, die de grondlegger was van de Brabantse gotiek. De bouw van de linkervleugel en het belfort (onderste deel van de huidige toren) startte in 1402 onder auspiciën van de rijke families van de stad. Het stadhuis zou niet groter worden. De gilden wilden ook deelnemen aan het bestuur van de stad. De onvrede leidde tot onlusten die uiteindelijk resulteerden in een compromis waarbij ook verkozenen van de gilden zitting kregen in het bestuur. Het stadhuis werd daarmee te klein.
Karel de Stoute legde de eerste steen van de rechtervleugel waarmee men in 1444 begon. De rechtervleugel is het werk van Willem de Voghel, die in 1452 ook de architect werd van de Magna Aula. De toren van het stadhuis, 96 m hoog, werd vanaf 1449 gebouwd door Jan van Ruisbroeck, bouwmeester van Filips de Goede. Het beeldhouwwerk dat het gebouw siert is volks.
De toren staat niet exact in het midden van het gebouw. Hierdoor oogt het gebouw asymmetrisch. Ook de toegangsdeuren in de toren staan niet in lijn met de rest ervan. Volgens een Brusselse legende zou de architect het gebouw zo niet bedoeld hebben en heeft hij zich, toen hij zich van zijn dwaling bewust werd, van de toren laten vallen. In werkelijkheid heeft er dus niet één architect aan het uiteindelijke gebouw gewerkt, en is het asymmetrische, in zekere zin onvolmaakte resultaat het gevolg van de lange bouwgeschiedenis.
Het stadhuis staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO als onderdeel van de inschrijving van de Grote Markt.
Europe - Belgium / Brussels - Brussel - Bruxelles
Het stadhuis van Brussel staat op de Grote Markt van Brussel. De bouwstijl is een voorbeeld van flamboyante gotiek. Het stadhuis is opgetrokken in kalkhoudende zandsteen uit de Dilbeekse steengroeven, enkele kilometers verderop.
Het gebouw wordt boven op zijn 96 meter hoge toren bekroond met een verguld standbeeld van de aartsengel Michaël die een draak velt.
De bouw van het stadhuis werd toevertrouwd aan Jacob van Tienen, leerling van Jan van Osy, die de grondlegger was van de Brabantse gotiek. De bouw van de linkervleugel en het belfort (onderste deel van de huidige toren) startte in 1402 onder auspiciën van de rijke families van de stad. Het stadhuis zou niet groter worden. De gilden wilden ook deelnemen aan het bestuur van de stad. De onvrede leidde tot onlusten die uiteindelijk resulteerden in een compromis waarbij ook verkozenen van de gilden zitting kregen in het bestuur. Het stadhuis werd daarmee te klein.
Karel de Stoute legde de eerste steen van de rechtervleugel waarmee men in 1444 begon. De rechtervleugel is het werk van Willem de Voghel, die in 1452 ook de architect werd van de Magna Aula. De toren van het stadhuis, 96 m hoog, werd vanaf 1449 gebouwd door Jan van Ruisbroeck, bouwmeester van Filips de Goede. Het beeldhouwwerk dat het gebouw siert is volks.
De toren staat niet exact in het midden van het gebouw. Hierdoor oogt het gebouw asymmetrisch. Ook de toegangsdeuren in de toren staan niet in lijn met de rest ervan. Volgens een Brusselse legende zou de architect het gebouw zo niet bedoeld hebben en heeft hij zich, toen hij zich van zijn dwaling bewust werd, van de toren laten vallen. In werkelijkheid heeft er dus niet één architect aan het uiteindelijke gebouw gewerkt, en is het asymmetrische, in zekere zin onvolmaakte resultaat het gevolg van de lange bouwgeschiedenis.
Het stadhuis staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO als onderdeel van de inschrijving van de Grote Markt.