Back to photostream

De lange zonnedauw (Drosera anglica)

De lange zonnedauw (Drosera anglica) is een overblijvende, vleesetende plant uit de zonnedauwfamilie (Droseraceae). Ze staat op de Nederlandse Rode Lijst van planten als zeer zeldzaam en zeer sterk afgenomen. De lange zonnedauw komt in Nederland nog voor in Drenthe, zoals in het Bargerveen. Deze soort is in Nederland wettelijk beschermd. Ze komt van nature voor op het noordelijk halfrond: in Europa, Noord-Amerika en Japan.

 

De plant wordt 5-20 cm hoog en vormt een bladrozet. De langgesteelde bladeren zijn opstaand en langwerpig tot lancetvormig met de grootste breedte boven het midden. Op de bladeren zitten talrijke, kleverige, klierweefsel bevattende, haardunne rode tentakels. Hiermee vangt de plant kleine insecten, zoals Simuliidae. Het blad rolt om het insect heen en scheidt verteringsenzymen uit. De hierbij vrijkomende voedingsstoffen (onder andere stikstof) wordt door de plant opgenomen.

De plant loopt in het voorjaar uit en bloeit in juli en augustus met drie tot acht witte bloemen, die alleen bij zonneschijn opengaan. De bloeiwijze is een schicht. De plant is zowel een zelfbestuiver als een kruisbestuiver. De doosvrucht is gegroefd en bevat zeer veel, kleine zaadjes. In de vroege herfst gaat de plant in winterrust.

 

De lange zonnedauw komt voor aan de rand van levend hoogveen met opstijgend, iets mineraalhoudend water en in blauwgraslanden. (wikipedia)

 

Drosera is one of the largest genera of carnivorous plants, and individual species vary extensively in their specific morphology. Common to all members of Drosera are highly modified leaves lined with tentacle-like glandular trichomes. At the end of each trichome, a bead of highly viscous mucilage is secreted, which resembles a drop of dew. The mucilage is a fairly pure aqueous solution of acidic polysaccharides with high molecular weights, which makes the mucilage not only highly viscous, but also very sticky, so much so, a single drop of mucilage may be stretched to lengths of up to a meter and cover one million times its original surface area. Insects and other prey animals are attracted by the smell of this mucilage and become stuck in it. Such snares are termed “flypaper traps”, but the trapping mechanism of sundews is often erroneously described as “passive”. In fact, sundew traps are quite active and sensitive, and the disturbance of one or a few trichomes quickly triggers an action potential that stimulates the rapid movement of other trichomes toward the prey. The leaf then curls in on itself, enveloping the prey for digestion.

2,783 views
34 faves
144 comments
Uploaded on July 31, 2014
Taken on July 30, 2014