@-Loes
Nederland - Zuid-Holland - Langerak - De Westermolen - 1652
Geschiedenis
Deze fraaie wipwatermolen staat circa 1,5 km. ten zuiden van Nieuwpoort en bemaalde voorheen met twee andere molens de polder Langerak van 1050 ha.
In 1253 voerde deze polder zijn overtollig water via de nog aanwezige inlaatsluis in Nieuwpoort af naar de Lek. In 1281 kreeg de polder toestemming de afwatering in zuidelijke richting te verplaatsen naar de Smoutjesvliet, een parallel aan de Provinciale Weg lopende boezem van waterschap de Overwaard. Dit betekende dat de Nieuwpoortse Vliet naar het zuiden toe verlengd moest worden.
Midden 17e eeuw waren er drie wipwatermolens in de polder Langerak: de Westermolen, de Oostermolen en de Broekmolen, die afbrandde tijdens een zware storm in 1809 toen het wiekenkruis op hol sloeg. De bouw van een nieuwe achtkante Oostermolen werd bekostigd door particulieren, waarvoor dertien obligaties van elk 1.000 gulden werden uitgeschreven. In mei 1940 werd deze poldermolen door een Duits gevechtsvliegtuig volledig in de as gelegd. Op de plaats van de gesloopte Oostermolen verrees in 1949 een dieselgemaal met het oude molenscheprad. In 1952 werd er een machinistenwoning bij gebouwd.
In 1978, toen een nieuw elektrisch vijzelgemaal in werking werd gesteld, werd de Westermolen buiten gebruik gesteld. Bij de Westermolen zijn drie generaties bemaling geconcentreerd: windkracht, diesel- en elektrische aandrijving.
De Westermolen dateert uit 1652 en is opgebouwd met de bovenas, roeden, spil en aandrijving van zijn voorganger. De nieuwe wipmolen moest binnen drie maanden maalvaardig worden opgeleverd voor 1.930 gulden. Volgens het bestek werd in het bovenhuis een bedstee geplaatst. In het onderwiel staat het jaartal 1828 ingehakt. In 1857 werden de waterlopen vernieuwd van het 5,5 m hoge en 0,52 m brede scheprad met een opvoerhoogte van 1 m. In 1879 en 1882 werden ijzeren Pot-roeden aangebracht met een vlucht van 24,80 m, waarmee de wipmolen maalde.
Klaas de Groot was tussen 1919 en 1974 beroepsmolenaar en betrok in 1953 de nabijgelegen machinistenwoning. Nadat de koningsspil in 1967 brak, werd op het nieuwe exemplaar ter herrinnering dat jaartal aangebracht. In 1983/84 werden de opbouw van het bovenhuis, kap en staart, evenals het metselwerk van de waterlopen vernieuwd. Op de nieuwe windvaan staan de letters WM. De letters JOG en 1984 in de nieuwe borstnaald herinneren aan de door molenmaker v/h J. de Gelder uitgevoerde restauratie. Vanaf 1977 verhuurt de regionale Molenstichting de molen aan twee vrijwillig molenaars. De ondertoren is ingericht als weekendverblijf en heeft een authentieke bedstee. Op het erf staat een fraaie miniatuur wipmolen. Als de wieken draaien of op zaterdag van 9 tot 17 uur zijn bezoekers welkom op deze fraaie wipwatermolen. Regelmatig wordt door vrijwilligers ook het museale dieselgemaal in werking gesteld.
Nederland - Zuid-Holland - Langerak - De Westermolen - 1652
Geschiedenis
Deze fraaie wipwatermolen staat circa 1,5 km. ten zuiden van Nieuwpoort en bemaalde voorheen met twee andere molens de polder Langerak van 1050 ha.
In 1253 voerde deze polder zijn overtollig water via de nog aanwezige inlaatsluis in Nieuwpoort af naar de Lek. In 1281 kreeg de polder toestemming de afwatering in zuidelijke richting te verplaatsen naar de Smoutjesvliet, een parallel aan de Provinciale Weg lopende boezem van waterschap de Overwaard. Dit betekende dat de Nieuwpoortse Vliet naar het zuiden toe verlengd moest worden.
Midden 17e eeuw waren er drie wipwatermolens in de polder Langerak: de Westermolen, de Oostermolen en de Broekmolen, die afbrandde tijdens een zware storm in 1809 toen het wiekenkruis op hol sloeg. De bouw van een nieuwe achtkante Oostermolen werd bekostigd door particulieren, waarvoor dertien obligaties van elk 1.000 gulden werden uitgeschreven. In mei 1940 werd deze poldermolen door een Duits gevechtsvliegtuig volledig in de as gelegd. Op de plaats van de gesloopte Oostermolen verrees in 1949 een dieselgemaal met het oude molenscheprad. In 1952 werd er een machinistenwoning bij gebouwd.
In 1978, toen een nieuw elektrisch vijzelgemaal in werking werd gesteld, werd de Westermolen buiten gebruik gesteld. Bij de Westermolen zijn drie generaties bemaling geconcentreerd: windkracht, diesel- en elektrische aandrijving.
De Westermolen dateert uit 1652 en is opgebouwd met de bovenas, roeden, spil en aandrijving van zijn voorganger. De nieuwe wipmolen moest binnen drie maanden maalvaardig worden opgeleverd voor 1.930 gulden. Volgens het bestek werd in het bovenhuis een bedstee geplaatst. In het onderwiel staat het jaartal 1828 ingehakt. In 1857 werden de waterlopen vernieuwd van het 5,5 m hoge en 0,52 m brede scheprad met een opvoerhoogte van 1 m. In 1879 en 1882 werden ijzeren Pot-roeden aangebracht met een vlucht van 24,80 m, waarmee de wipmolen maalde.
Klaas de Groot was tussen 1919 en 1974 beroepsmolenaar en betrok in 1953 de nabijgelegen machinistenwoning. Nadat de koningsspil in 1967 brak, werd op het nieuwe exemplaar ter herrinnering dat jaartal aangebracht. In 1983/84 werden de opbouw van het bovenhuis, kap en staart, evenals het metselwerk van de waterlopen vernieuwd. Op de nieuwe windvaan staan de letters WM. De letters JOG en 1984 in de nieuwe borstnaald herinneren aan de door molenmaker v/h J. de Gelder uitgevoerde restauratie. Vanaf 1977 verhuurt de regionale Molenstichting de molen aan twee vrijwillig molenaars. De ondertoren is ingericht als weekendverblijf en heeft een authentieke bedstee. Op het erf staat een fraaie miniatuur wipmolen. Als de wieken draaien of op zaterdag van 9 tot 17 uur zijn bezoekers welkom op deze fraaie wipwatermolen. Regelmatig wordt door vrijwilligers ook het museale dieselgemaal in werking gesteld.